vrijdag 25 november 2011

Rode rozen - voor jou gekozen

Ik droom ervan ooit een dijk van een smartlap te schrijven. Lijkt me héérlijk: ongeneerd uitpakken met vreselijke clichés, diep, diepdroeve zinnen en niet al te ingewikkelde rijmelarij. Want dat mag. Sterker nog: een succesvolle smartlap móet bol staan van rode rozen – gekozen, blauwe ogen – tranen drogen, en zoute tranen – blonde manen. Véél tranen, dat vooral. Want een echte smartlap gaat over sores en loopt slecht af. Een lied dat niet slecht afloopt, is geen smartlap. Da’s een levenslied.


Mijn droom kwam weer boven toen ik afgelopen weekend een onvergetelijk rondje maakte langs Utrechtse kroegen tijdens het jaarlijkse Smartlappenfestival. Wat een feest, wat een verbondenheid. Zing een smartlap en je brengt mensen dichter bij elkaar. Want we willen allemaal wel eens heel hard, heel vals, gearmd met oude én nieuwe vrienden zingen. Gewoon, zingen over dat het soms allemaal niet meevalt.

Bijzonder eigenlijk, dat een stukje aan elkaar gerijmde tekst zo’n verbondenheid teweeg kan brengen. Dat zo’n lied, als het écht goed is, tot in de eeuwigheid blijft bestaan. Dat elke generatie opnieuw het zich eigen maakt. Dat is toch de droom van elke tekstschrijver, om zo’n tekst te maken. Van mij in ieder geval wel.

Ik ga dit weekend maar eens wat alcohol nuttigen. Een bosje rozen kopen. Zo’n schilderij op de kop tikken met een huilend zigeunerkindje. Zitten en nadenken over het leven tot ik zand in m’n hart heb. En dan schrijven. Over het leven. Als ik mijn ultieme smartlap af heb, bent u de eerste die hem hoort.

woensdag 9 maart 2011

Geluksmomenten

Jazeker wel, op bepaalde momenten kan ik me heel goed voorstellen dat er mensen zijn die carnaval niet begrijpen. Het helemaal niets vinden. Zich zélfs er aan storen. Ik kon het me voorstellen toen ik afgelopen vrijdag nog even snel de laatste carnavalsboodschappen deed in het centrum van Eindhoven. In het Pullmann-hotel was een eind gekomen aan de 3 uurkes vurraf, en de feestvierders stroomden de stad in, de Markt op. Daar was de tent al afgeladen vol. De eerste lallende, zatte mannen zwalkten over straat. Voor de Vooruitgang lag confetti in een enorme plas bier. Ja: ik begreep het. Carnaval kán overkomen als een onbegrijpelijk feest.

Maar als je jezelf er in onderdompelt, er écht compleet in op gaat, dan weet je: carnaval is geen feest. Carnaval is een gevoel.

Het is worstenbroodjes in de oven, en samen met een vriendinneke de laatste hand leggen aan je outfit. Koeien bij de bushalte en lieveheersbeestjes op het Stadhuisplein. Wulpse Zeeuwse meisjes die op Stratumseind een groep Arabieren gek maken. Het is vier friet met, vier worstenbroodjes, drie loempia's en drie frikadellen in drie dagen tijd. Groente? Geen groente. Bier, water, cola en Jagermeister. Van 's ochtends vroeg tot 's avonds laat. Het is op zondagmiddag, om half twee, bij jezelf denken: 'zucht, waarom doe ik dit ook alweer'? en twee uur later, met vrienden aan je arm, hard, héél hard meezingen met Guus Meeuwis. Het is lachen. Heel veel lachen.

Het is de slechtste openingszin aller tijden én de allerliefste, op één dag. Gemeende knuffels en kussen op je wang, van hele oude vrienden én van nieuwe. Een knipoog waar je warm van wordt. Het is een goed gesprek en heel veel onzin. Dolly Dots en blaaskapellen. Pullen, glazen, plastic bekers, pruiken, jurken, platte schoenen.

Het is heerlijk. Het is geluk. Het is weer mooi geweest.

donderdag 27 januari 2011

Gedichtendag

Het is vandaag Gedichtendag.
Ik moest denken aan deze, van de briljante Tjitske Jansen.
Tovert nog elke keer een glimlach op mijn gezicht. Een cadeautje.

Voor zijn verjaardag

Ik weet de kleur waar hij het liefst op loopt.
Ik weet de kleur die hij bij voorkeur draagt.

Maar lopen is niet hetzelfde als slapen
en dragen is niet hetzelfde als wakker worden.

Ik heb hem dus gevraagd: in welke kleur wil jij het liefste
slapen, in welke kleur wil jij het liefste wakker worden.

In de kleur van jouw ogen zei hij, in de kleur van jouw huid.
Ik heb er niet naar gezocht. Ik wist ook zonder zoeken wel

dat er geen winkel bestaat die dekbedovertrekken verkoopt
in die kleuren.

Er zit niets anders op. Ik moet voor altijd
bij hem slapen.

dinsdag 7 december 2010

ik! heb! een! hekel! aan! upc!

'Welkom bij upc. Wij maken het u zo gemakkelijk mogelijk. Om u goed van dienst te kunnen zijn, hebben wij uw gegevens nodig. Spreek uw postcode in.'

Dat doe ik natuurlijk braaf.

'Spreek nu uw huisnummer in.'

Ook dat is niet moeilijk.

'Om u van dienst te kunnen zijn, hebben wij uw gegevens nodig. Toets nu de 4 cijfers van uw postcode in.'

De irritatie stijgt al..

'Let op! Het keuzemenu is gewijzigd.'

Ah, da’s fijn om te weten.. alsof ik dat opmerk..

Er volgt een wereld aan keuzemogelijkheden. Ik kies die optie die het meest aansluit op mijn vraag. Vier minuten keuzemenu verder, krijg ik zowaar direct een medewerkster aan de lijn.

'Goedemiddag, UPC. Waarmee kan ik u van dienst zijn?'

Nou, ik heb een tijdje digitale televisie van jullie gehad op mijn oude adres, maar dat pakket heb ik in juli opgezegd. Ik heb vervolgens uit eigen beweging de bijbehorende mediabox in de originele doos afgeleverd bij een UPC-winkel van jullie in Eindhoven. Nu krijg ik eerder deze week een brief met de boodschap dat ik een retourdoos heb ontvangen (bewering 1 die niet klopt, ik heb nooit zo’n doos gezien) en dat ik de mediabox nog niet teruggestuurd heb (bewering 2 die niet klopt: ik heb dat ding zelf afgegeven bij jullie winkel in Eindhoven). Hoe zit dat?

'Aha. Ja. Ik ga het voor u uitzoeken. Daarvoor heb ik wat gegevens nodig. Wat is uw postcode?'

De irritatie stijgt nog meer. Hoe vaak kun je vragen om mijn postcode??

'En het huisnummer?'

De stijgende lijn zet zich voort, u begrijpt het.

'Ach, nu werkt het systeem niet mee. Een ogenblikje.'

Stilte….. nog meer stilte…

'Ja, daar ben ik weer hoor. Ja sorry voor het ongemak hoor, maar het systeem heeft alle gegevens gewist. Mag ik nog een keer uw postcode? En het huisnummer?'

'En ehm… kunt u uw verhaal nog een keer doen? Ik ben het kwijt.. giebel.'

Ik zucht. Diep. Nou, van die mediabox, retourdoos, afgegeven in de UPC-winkel in Eindhoven…

'Jaja. Ach. Ik ga het voor u uitzoeken. Ogenblikje.'

Opnieuw stilte. De irritatie stijgt. Kan dat nog op dit punt? Tuurlijk.

'Ja, daar ben ik weer. Het ging om een mediabox, toch?'

Ja!

'En in de brief staat dat u hem nog niet hebt teruggestuurd?'

Ja!

'Vreemd. Dat staat hier ook in het systeem. Of heeft u de mediabox misschien afgegeven in een van onze UPC-winkels?'

Irritatiegrens overschreden.

Ja! Dat zeg ik al drie keer he!

Het UPC-meisje gaat onverstoorbaar verder. 'Aha. Oke. Nou, dan is het in orde. Heeft u verder nog vragen?'

Nee. Gelukkig niet.

...Ik snap die Youp van 't Hek wel...

dinsdag 30 november 2010

Sneeuwpret










Sportschool, gisteravond, een uur of half 8. Vriendin M en ik verlaten het pand na een intensief lesje total workout.
Het sneeuwt. En niet zo'n beetje. Er ligt inmiddels een flinke laag op de tegels voor de ingang.
Twee jongetjes van een jaar of 7 gooien sneeuwballen.
En dan zegt de een tegen de ander:

"De kindjes in Afrika hebben dit dus niet he!"
De ander-in-kwestie kijkt, verbaasd. Wij schieten in de lach.
"Jahaa, denk daar in het vervolg maar eens over na!", besluit het jongetje.

Heerlijk. Die sneeuw.

donderdag 11 november 2010

Lichtfeest

In het licht van Glow
is de stad zoveel mooier

baadt de winkelstraat
in een zee
van wit kant

is het plein
ineens
een bloementuin
met gouden regen
en papaver

krijgt Icarus vleugels
en komt hij ten val
bij het magisch stadhuis

vaart in de Vijksteeg
een containerschip
voorbij...

in het licht
van Glow
is de stad
van mij



dinsdag 2 november 2010

Kippenvel

Of ze ook dekbedhoezen hadden met Hem er op, vroeg vriendin M aan de leuke jongen van de merchandise. ‘Nou, dat is ook wat, ik verkoop nèt de laatste!’, grapte hij.
Dat korte gesprekje vatte de sfeer van de avond eigenlijk al samen: aanbidding en humor. Want dat krijg je, als Michael Bublé optreedt in het Gelredome.









Michael was laat. Behoorlijk, mogen we wel zeggen. Want de kaarten waren voor afgelopen 19 mei. Maar toen moesten the singer and the band op het laatste moment afgelasten, vanwege ‘health issues’ met de drummer. Vorige week donderdag kwam hij naar Arnhem voor de herkansing. En het werd al heel snel duidelijk: het was het wachten waard.

Hij betrad het podium, zag 25.000 fans, zong en overwon. Michael Bublé zingt alsof hij de hele dag niet anders doet. Warm, krachtig, zwoel, loepzuiver. Covers, eigen nummers. Jazz, pop, swing, Everything. Tussendoor hangt ‘ie de entertainer uit, is ‘ie stand up comedian en vooral heel erg dicht bij zijn publiek. (Ik zag Madonna een paar jaar geleden in precies hetzelfde Gelredome. Wedstrijdje interactie-met-je-publiek tussen Michael en Madonna: 10-0.)

Nee, die Michael heeft het voor elkaar. Hij stal de harten van heel veel mensen, die mooie avond in het Gelredome. En terecht.

Nou ben ik best een verwend nest als het gaat om concertbezoeken: ik zag al heel wat grootheden live. Dus mij krijg je niet zomaar aan het kippenvel. Maar let’s face it: hij kreeg het voor elkaar. En flink.

Stelt u zich voor: een zanger helemaal alleen op een podium. Zijn microfoon werkeloos naast hem, zijn blik gericht op de 25.000 man voor hem. De laatste tonen van een trompettist sterven weg. De zanger haalt adem, verzamelt al zijn kracht, en zingt a capella voor de laatste keer het refrein van ‘song for you’.

Geloof mij: dat Gelredome is geen klein concertzaaltje. Maar zijn song was woord voor woord te verstaan. Tot ver achter in de zaal. Tot tranen geroerd.